maandag 19 januari 2015

Januari.






Ondanks dat de dagen weer wat langer worden,
 zijn deze maanden van het jaar voornamelijk donker en kleurloos. 
De kerstlichtjes zijn weer ingepakt. (Bijna dan) 
Festiviteiten zijn ingeruild voor dagelijkse sleur. 
Opstaan, kinderen naar school brengen, naar het werk gaan, 
boodschappen doen, koken, het huishouden, slapen en weer opstaan. 

De energie die als vanzelf komt in de zonnigere maanden van het jaar, 
moet ik nu zelf aanzwengelen. 
Liever lees ik een boek of hang ik met mijn warme sloffen aan op de bank, 
dan dat ik een stukje ga fietsen of actief ben in de sportschool. 
Op de koudere dagen rep ik mij naar binnen zodra het kan 
en sluit ik opgelucht de deur achter mij. 

Ik ben altijd een kind van de zon geweest.

En als de zon afwezig is hoef ik niet zo nodig naar buiten. 
Het liefst graaf ik mij dan in in mijn eigen wereldje. 
In mijn koninkrijkje binnen de muren van dit huis waar het warm en gezellig is. 

En ik wacht. 

Net als de wereld om mijn heen, houd ik mijn adem in, 
soms geduldig, soms helemaal niet. 
Het heeft wel iets: die stilte, die leegte, dat donkere, dat verwachten. 

Want straks, als de lentebloemen door het zwart van de aarde hun kopjes opsteken, 
dan vind ik ze des te mooier.